Petrus de apostel, onze patroonheilige
Sint Petrus of Simon Petrus was een vroeg-christelijke leider en een van de twaalf apostelen van Jezus die een prominente plaats inneemt in de evangeliën van het Nieuwe Testament en de Handelingen van de apostelen en die als heilige wordt vereerd. Hij was de zoon van Johannes of van Jona en afkomstig uit het dorp Bethsaida in de provincie Galilea of Gaulanitis. Zijn broer Andreas was ook een apostel. Petrus wordt in meerdere kerken vereerd en wordt door de katholieke kerk als de eerste paus beschouwd. Nadat hij de kerk van Antiochië had opgericht en zeven jaar lang als leider van de christelijke gemeenschap van de stad had gefungeerd, preekte hij voor verspreide gemeenschappen van gelovigen, Joden, Hebreeuwse christenen en heidenen, in Pontus, Galatië, Cappadocië, Klein-Azië en Bithynië. Daarna ging hij naar Rome, waar hij, naar men beweert, in het tweede jaar van Claudius Simon Magus ten val bracht en 25 jaar lang de sacerdotische stoel bekleedde. Hij zou ter dood zijn gebracht door de hand van keizer Nero.
Peter schreef twee algemene epistels. Ook het Evangelie van Marcus wordt aan hem toegeschreven (aangezien Marcus zijn leerling en tolk was). Anderzijds worden verscheidene boeken die zijn naam dragen – de Handelingen van Petrus, het Evangelie van Petrus, de Prediking van Petrus, de Openbaring van Petrus en het Oordeel van Petrus – door de Katholieke Kerk als apocrief verworpen.
Volgens de overlevering in het Nieuwe Testament was Petrus een van de twaalf apostelen die door Jezus uit zijn eerste discipelen waren gekozen. Hij was oorspronkelijk een visser, maar kreeg van Jezus een leidende rol toebedeeld en was bij Jezus tijdens gebeurtenissen waarvan slechts enkele apostelen getuige waren, zoals de Transfiguratie. Cephas (Aramees) en Petrus (Grieks) betekenen beide “rots”. Volgens het Nieuwe Testament beleed Petrus Jezus als de Messias, maakte hij deel uit van Jezus’ inner circle, wandelde hij over water, was hij getuige van Jezus’ transfiguratie, verloochende hij Jezus, werd hij door Jezus in ere hersteld en predikte hij op de dag van Pinksteren.
Peter zou onder keizer Nero gekruisigd zijn, waarbij het kruis op zijn eigen verzoek ondersteboven werd gezet, omdat hij zichzelf onwaardig achtte om op dezelfde wijze als Jezus Christus te worden gekruisigd. Volgens de katholieke traditie bevinden de stoffelijke beenderen en overblijfselen van Petrus zich in de ondergrondse Confessio van de Sint-Pietersbasiliek, een plaats waar paus Paulus VI in 1968 de ontdekking van een Romeins kerkhof uit de eerste eeuw na Christus aankondigde. Sinds 1969 wordt elk jaar op 29 juni in de Sint-Pietersbasiliek een levensgroot beeld van Sint-Pieter gekroond met een pauselijke tiara, een ring van de visser en pauselijke gewaden, ter herdenking van het heilige feest van de heiligen Petrus en Paulus.