Q: Ik luisterde naar u op de radio en probeerde te bellen, maar ik kwam er niet doorheen. Ik wilde uw mening horen over het woord “media”. Ik denk dat radio een medium is, TV is een medium, en samen zijn ze media. Met andere woorden, “medium” is enkelvoud en “media” is meervoud. Ik hoorde een paar minuten geleden op het TV journaal dat “de media er bovenop zaten” en ik kromp ineen. Wordt “media” nu zowel als enkelvoud als meervoud geaccepteerd of heb ik gelijk met mijn gevoelens over het woord?
A: U hebt gelijk, althans vooralsnog. Het woord “media” wordt nog steeds beschouwd als een meervoudig zelfstandig naamwoord en moet een meervoudig werkwoord krijgen (zoals in “de media waren helemaal over dit verhaal”). Het gebruik van “media” in het enkelvoud wordt algemeen beschouwd als misbruik.
Maar blijf op de hoogte. Veel gebruiksdeskundigen hebben voorspeld dat over een generatie of twee “media” aanvaardbaar zal worden geacht als enkelvoudig zelfstandig naamwoord. Waarom? Omdat meervouden met Latijnse uitgangen het zwaar te verduren hebben in het Engels, en de neiging hebben om na verloop van tijd te verengelsen. Ze worden ofwel enkelvoud (zoals de vroegere meervoudsvormen “agenda”, “opera” en “insignia”) of krijgen een andere meervoudsuitgang (zoals “syllabuses”, “curriculums”, “gymnasiums”).
Zo wordt “data” nu door een groot aantal gebruiksdeskundigen als enkelvoud beschouwd. “Media” zal dat ongetwijfeld ook ooit worden. Het feit dat journalisten “media” nu al als meervoud gebruiken, lijkt de weg te wijzen naar de uiteindelijke acceptatie van “media” als enkelvoudig zelfstandig naamwoord. En om eerlijk te zijn is de strijd over “media” voor mij gemakkelijker toe te geven dan sommige andere (bijvoorbeeld het verliezen van de betekenis van woorden als “comprised” en “bemused” en “nonplussed”).