De Russische balletdanseres Anna Pavlova (1881-1931) was tijdens haar leven wereldberoemd en blijft een iconische figuur in het ballet. Ze toerde over de hele wereld en uitgebreid door Engeland, waar ze seizoenen danste in het Covent Garden Opera House 1923-7.
Palova werd geboren in Sint Petersburg. Ze ging in 1891 naar de Keizerlijke Theaterschool en in 1895 ontwikkelde ze een vriendschap met de choreograaf Marius Petipa die duurde tot zijn dood in 1910. Ze maakte haar debuut bij de Mariinsky in 1898 en klom snel op in het gezelschap, waar ze in 1906 tot ballerina werd benoemd. Ze werkte voor het eerst samen met choreograaf Mikhail Fokine tijdens een liefdadigheidsgala in 1907, georganiseerd door haar partner Victor Dandré. Later dat jaar danste ze Fokine’s De Zwaan (later De Stervende Zwaan), wat haar karakteristieke rol zou worden. In 1909 danste ze bij Diaghilev’s Ballets Russes in Parijs, vervolgens in Londen en in 1910 bracht ze haar eerste bezoek aan de Verenigde Staten. In 1912 verhuisde ze met Dandré naar Ivy House in Golders Green, waar ze de rest van haar leven zou blijven wonen. In 1913 richtte ze de Pavlova Company op, waarmee ze in de jaren 1910 en 1920 over de hele wereld zou toeren, onder meer door Zuid-Amerika, Egypte, India, Oost-Azië en Australië, waar ze zowel in grote steden als in de provincie optrad. Ze overleed plotseling aan longontsteking.
Frederick Ashton, geïnspireerd om te dansen nadat hij haar had zien optreden in Lima in 1917, zei ‘Haar naam kan nooit sterven, want zo’n levende en gepassioneerde geest moet blijven rondwaren in de wereld waaraan zij zoveel vreugde en inspiratie gaf’.