Lord of the Flies Quotes with Page NumbersbyWilliam Golding

author
6 minutes, 1 second Read

De volgende Lord of the Flies citaten worden hier niet uitgelegd, hoewel de meeste van hun betekenissen vrij duidelijk zijn. Sommige citaten hebben wel een korte uitleg voor zich. Als het citaat wordt gesproken, wordt de spreker geïdentificeerd voordat het citaat het. Als het citaat gewoon in de derde persoon wordt verteld, wordt de spreker niet genoemd. Al deze citaten hebben te maken met thema of symboliek. Hoewel er vele drukken van deze roman bestaan, lijkt de meest voorkomende de Perigee Book paper-back te zijn (met de tekening van een jongen met bladeren in zijn haar op de omslag), uitgegeven door de Berkley Publishing Group en alle paginanummers verwijzen naar deze druk.

Pagina 15:

Hier was eindelijk de verbeelde maar nooit volledig gerealiseerde plaats die in het echte leven sprong.

Pagina 21:

Voor een moment waren de jongens een gesloten circuit van sympathie met Piggy aan de buitenkant…

Pagina 29:

Ogen glimmend, monden open, triomfantelijk, ze genoten van het recht op overheersing.

Pagina 31:

Ze wisten heel goed waarom hij dat niet had gedaan: vanwege de enormiteit van het mes dat neerdaalde en in levend vlees sneed; vanwege het ondraaglijke bloed.

Pagina 37:

Over Ralph’s gevoel van het beest:
Hij voelde zich geconfronteerd met iets onbegrijpelijks.

Pagina 38:

Toen, met de martelende uitdrukking van een ouder die de zinloze uitbundigheid van de kinderen moet bijbenen, raapte hij de schelp op, draaide zich naar het bos en begon zich een weg te banen over het getrommelde litteken.

Pagina 42:

Jack: Ik ben het met Ralph eens. We moeten regels hebben en ons daaraan houden. We zijn tenslotte geen wilden. We zijn Engelsen, en de Engelsen zijn overal het beste in. Dus we moeten de juiste dingen doen.

Pagina 51:

Over Jack:
Hij probeerde de dwang tot opsporen en doden over te brengen die hem opslokte.

Pagina 53:

Jack: Als je soms aan het jagen bent… kun je het gevoel hebben dat je niet aan het jagen bent, maar — opgejaagd wordt, alsof er de hele tijd iets achter je aan zit in de jungle.

Pagina 61:

Over Henry:
Hij werd meer dan alleen maar gelukkig toen hij voelde dat hij controle had over levende wezens.

Pagina 62:

Over Roger die stenen gooit:
…er was een ruimte rond Henry, misschien zes meter in doorsnee, waarin hij niet durfde te gooien. Hier, onzichtbaar maar sterk, was het taboe van het oude leven. Rond het gehurkte kind was de bescherming van ouders en school en politieagenten en de wet. Rogers arm was geconditioneerd door een beschaving die niets van hem wist en in puin lag.

Pagina 64:

Over Jacks ‘masker’:
…het masker was een ding op zich, waarachter Jack zich verborg, bevrijd van schaamte en zelfbewustzijn.

Pagina 70:

Jack’s gedachten over zijn eerste moord:
Zijn geest zat vol herinneringen; herinneringen aan de kennis die tot hen was gekomen toen ze het worstelende varken insloten, de kennis dat ze een levend wezen te slim af waren geweest, dat ze het hun wil hadden opgelegd, dat ze het leven ervan hadden ontnomen als een lange, bevredigende drank.

Pagina 71:

Over Jack en Ralph:
Er was de schitterende wereld van de jacht, tactiek, woeste opwinding, vaardigheid; en er was de wereld van verlangen en verbijsterde nuchterheid.

Pagina 73:

Nadat het schip is gepasseerd:
Nog eens wist Ralph hoe een band tussen hem en Jack was geknapt en elders was vastgezet.

Pagina 76:

Ralphs gedachten:
Hij merkte dat hij begreep hoe vermoeiend dit leven was, waarin elke weg een improvisatie was en men een aanzienlijk deel van zijn wakende leven besteedde aan het opletten van zijn voeten.

Pagina 78:

Ralphs gedachten:
Als gezichten verschillend waren wanneer ze van boven of van onder werden belicht — wat was dan een gezicht? Wat was iets?

Pagina 81:

Ralph: Maar ik zeg je dat rook belangrijker is dan het varken, hoe vaak je er ook een doodt.

Pagina 82:

Ralph: De dingen vallen uit elkaar. Ik begrijp niet waarom. We begonnen goed, we waren gelukkig. En toen — …Toen begonnen de mensen bang te worden.

Pagina 84:

Piggy: Ik weet dat er geen beest is — niet met klauwen en zo, bedoel ik — maar ik weet dat er ook geen angst is…Tenzij–…Tenzij we bang worden van mensen.

Pagina 89:

Simon, Over Het Beest:
“Wat ik bedoel is… Misschien zijn wij de enigen.”… Simon werd sprakeloos in zijn pogingen om de wezenlijke ziekte van de mensheid uit te drukken.

Pagina 91:

De wereld, dat begrijpelijke en wettige woord, was aan het wegglijden. Eens was er dit en dat; en nu — en het schip was verdwenen.

Pagina 93:

Piggy, Op Jack
Ik ben bang voor hem, en daarom ken ik hem. Als je bang voor iemand bent, haat je hem, maar je kunt niet ophouden aan hem te denken. Je houdt jezelf voor de gek dat hij echt in orde is, en als je hem dan weer ziet, is het net astma en krijg je geen lucht.

Pagina 103:

Hoe Simon ook over het beest dacht, er rees voor zijn innerlijk zicht het beeld op van een mens die tegelijk heldhaftig en ziekelijk was.

Pagina 115:

Op Ralph’s eerste “dans”:
Ralph vocht ook om dichtbij te komen, om een handvol van dat bruine, kwetsbare vlees te krijgen. Het verlangen om te knijpen en pijn te doen was overmeesterend.

Pagina 117:

Nu had Ralph geen zelfbewustzijn meer in het openbaar denken, maar zou hij de beslissingen van de dag behandelen alsof hij aan het schaken was. Het enige probleem was dat hij nooit een erg goede schaker zou worden.

Pagina 126:

Jack, Over Het Beest:
Het beest is een jager… we konden het niet doden.

Pagina 127:

Jack, Bij het verlaten van de groep:
Ik ga niet langer spelen. Niet met jullie.

Pagina 137:

Om de Lord of the Flies te beschrijven:
De halfgesloten ogen waren schemerig door het oneindige cynisme van het volwassen leven. Ze verzekerden Simon dat alles een slechte zaak was.

Pagina 139:

Ralph, Over het vuur:
We kunnen niet één vuurtje aan de gang houden. En het kan ze niet schelen. En ik soms ook niet.

Pagina 142:

The Lord of the Flies: Er is niemand om je te helpen. Alleen ik. En ik ben het Beest… Je dacht toch niet dat het Beest iets was waar je op kon jagen en het kon doden? Je wist het, nietwaar? Ik ben een deel van jou? Dichtbij, dichtbij, dichtbij! Ik ben de reden waarom het niet gaat? Waarom de dingen zijn zoals ze zijn?

Pagina 142:

Simon’s kennis:
Het beest was ongevaarlijk en afschuwelijk; en het nieuws moet de anderen zo snel mogelijk bereiken.

Pagina 152:

Tijdens Simons dood:
Piggy en Ralph, onder de dreiging van de hemel, vonden zichzelf gretig om een plaats in te nemen in deze demente maar deels veilige samenleving. Ze waren blij de bruine ruggen aan te raken van het hek dat de terreur omzoomde en bestuurbaar maakte.

Pagina 163:

Ralph’s gedachten:
Er was iets goeds aan een vuur. Iets overweldigends goeds.

Pagina 170:

Ralphs gedachten:
We zijn tenslotte geen wilden en gered worden is geen spelletje.

Pagina 178:

Ralphs acties:
Hij… staarde naar het groen-zwarte masker voor hem, terwijl hij zich probeerde te herinneren hoe Jack eruitzag.

Pagina 202:

…Ralph weende om het einde van de onschuld, de duisternis van ’s mensen hart, en de val door de lucht van een echte, wijze vriend genaamd Piggy.

Deel op Facebook
Deel op Pinterest

Similar Posts

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.