Voorwerpen die rond een planeet reizen worden satellieten genoemd. Elke volledige reis die een satelliet rond de planeet maakt, wordt een baan genoemd.
Onze aarde heeft één natuurlijke satelliet – de maan. Sinds oktober 1957 zijn er echter vele duizenden kunstmatige (door de mens gemaakte) satellieten in banen rond de aarde gebracht.
Om in een baan om de aarde te blijven, moet een satelliet met een zeer hoge snelheid reizen, die afhangt van de hoogte. Zo is voor een cirkelvormige baan op een hoogte van 300 km boven het aardoppervlak een snelheid van 7,8 km/s (28.000 km/h) nodig. Bij deze snelheid legt de satelliet in 90 minuten een baan rond de aarde af.
Satellieten moeten zo snel bewegen om de aantrekkingskracht van de zwaartekracht van de aarde te compenseren. Dit is vergelijkbaar met iemand die een cricketbal of honkbal gooit. Hoe harder de bal wordt gegooid, hoe verder hij zal reizen voordat hij de grond bereikt.
Als een speler de bal hard genoeg zou kunnen gooien zodat hij de nodige snelheid bereikt, zou de bal in een baan om de aarde terechtkomen. Hij zou nooit meer terug op aarde vallen. Als de bal nog harder wordt gegooid, zodat hij een snelheid van 11,2 km/s (40.300 km/u) bereikt – bekend als ‘ontsnappingssnelheid’ – zal de bal de aarde helemaal verlaten. Hij wordt dan een ‘satelliet’ van de zon.
Laatst gewijzigd 12 oktober 2011
Mission control
- Space junk
- Check it out
- ESOC
- Ground stations
- De schiettent in de ruimte
- Verschillende banen
- Buiten de Aarde
- Spacesnelheid
- Gravity assists